Ontdek onze kernwaarde Duurzaam
22 april 2025
Duurzaamheid is geen trend bij Vink Bouw. Het zit verweven in het DNA van de organisatie. In plaats van duurzame keuzes te maken omdat het ‘moet’, doen we het omdat het logisch is. Omdat het beter is voor de mensen, voor de planeet én voor de toekomst van het bedrijf. Maar hoe vertaalt zo’n visie zich naar de praktijk van alledag? We vroegen Bernlef de Vries (Directeur ontwikkeling), Lisa Wille (Procescoördinator), Evert Jan Laban (Assistent uitvoerder), Carol Rolink (Technisch planontwikkelaar) en Rob van Amsterdam (Vakman) om hun verhaal te delen. Hun ervaringen laten zien hoe duurzaamheid bij Vink Bouw leeft, groeit en vorm krijgt, in kleine én grote stappen.

Een gedeelde visie begint bij samenwerken
“Duurzaamheid is voor ons een manier van samenwerken,” zegt Lisa. “Je kunt als bouwbedrijf niet in je eentje een duurzame revolutie starten. Je hebt ketenpartners nodig die ook willen, die snappen waarom dit belangrijk is. Daarom investeren we bewust in relaties. Niet alleen op basis van contracten, maar op basis van vertrouwen en een gedeelde visie.”
Tijdens het FestEvent van 2023 stond die samenwerking centraal. Het werd een inspirerende dag waarin partners werden meegenomen in nieuwe bouwmethodes, materiaal ontwikkelingen en de koers van Vink Bouw. “We wilden niet alleen zenden, maar echt in gesprek. Wat houdt hen bezig? Wat kunnen we samen anders doen? De reacties waren ontzettend positief. Veel partijen gaven aan dat ze zich juist door onze visie wilden aansluiten.”
Duurzaam bouwen begint op de bouwplaats
Op papier is duurzaamheid vaak overzichtelijk: normen, doelen, indicatoren. Maar pas op de bouwplaats komt het tot leven. Daar maken mensen het verschil. Rob, al jaren vakman bij Vink Bouw, ziet dat elke dag. “Wat ik mooi vind, is dat we steeds vaker werken met materialen die al een leven achter de rug hebben. Oude houten balken, tweedehands metselstenen, hergebruikt ijzer. Vroeger werd dat gezien als rommel. Nu is het iets waar je trots op kunt zijn.”
Ook Evert-Jan, uitvoerder op diverse duurzame projecten, ziet de omslag. “We werkten laatst aan een woning waar bijna alles biobased was. Van de isolatie, gemaakt van oud papier en spijkerbroeken, tot het leem op de wanden. Dat vraagt een andere manier van bouwen, maar het voelt zó goed. Het is eerlijk materiaal. Gezond, natuurlijk en zichtbaar anders. Je ruikt het bijna als je binnenkomt.”
Van visie naar innovatie: bouwen met hout en lef
Één van de grootste stappen die Vink Bouw momenteel zet richting een lagere CO2-voetafdruk, is het werken met CLT: kruislaaghout. Daarmee wordt de traditionele betonconstructie vervangen door hout, met enorme besparingen op CO2-uitstoot als gevolg. “Het mooie aan CLT is dat het zowel stevig als duurzaam is,” legt Rob uit. “En het geeft een hele warme uitstraling. Je merkt dat bewoners dat waarderen.”
Evert-Jan ziet ook dat het de bouw verandert. “Je moet anders plannen. Hout vraagt precisie. Prefab onderdelen komen kant-en-klaar aan, dus je voorbereiding moet perfect zijn. Maar het voordeel is dat je sneller werkt en minder afval produceert. En eerlijk is eerlijk: het voelt gewoon lekker om te bouwen met een materiaal dat ‘groeit’ in plaats van wordt gedolven.”
Reststromen als nieuwe grondstof
Duurzaamheid draait niet alleen om wat je bouwt, maar ook om hoe. Vink Bouw kijkt kritisch naar afvalstromen en zoekt continu naar manieren om minder afval te produceren. “We proberen steeds meer prefab te werken, zodat we op de bouwplaats nauwelijks nog hoeven te zagen of schuren,” zegt Rob. “En alles wat overblijft, wordt netjes gescheiden. Hout, plastic, metaal, het krijgt allemaal een tweede leven.”
Innovatie speelt ook hierbij een rol. “Op een project draaide onze bouwkraan een hele dag op een accupakket in plaats van diesel,” vertelt Evert-Jan. “Het geluid, de uitstoot, de geur, alles was anders. En beter. Zulke dingen geven energie. Je merkt dat je niet alleen voor jezelf werkt, maar voor een groter doel.”

Meten, sturen en verbeteren: duurzaamheid als strategie
Volgens Carol is duurzaamheid pas écht krachtig als het meetbaar is. “Iedereen kan roepen dat hij duurzaam bezig is, maar wij willen het onderbouwen. Daarom werken we met normen zoals BREEAM, MPG, en de CO2-prestatieladder. En we vragen van leveranciers om hun producten met de juiste certificaten te onderbouwen. Alleen zo weet je zeker dat je geen loze beloftes doet.”
Hij merkt dat duurzame keuzes vaak al beginnen bij het ontwerp. “Als je vanaf dag één biobased en circulair denkt, kun je daar de hele keten op inrichten. Maar dat vraagt durf. Want ja, het is soms duurder. En het is nog niet altijd standaard. Toch geloof ik dat we daar naartoe gaan. Omdat het simpelweg beter is voor iedereen.”
Samen leren, samen groeien
Duurzaamheid is ook een leerproces. Voor medewerkers én onderaannemers. “Je merkt dat veel mensen nieuwsgierig zijn,” zegt Evert-Jan. “Ze willen weten hoe een leemstuc werkt, of waarom we isoleren met schapenwol. En als je ze meeneemt, doen ze graag mee. Het is geen kwestie van dwingen, maar van inspireren.”
Ook Rob herkent dat enthousiasme. “Vroeger was het: zo doen we het altijd. Nu is het: wat is er mogelijk? Die omslag zie je echt gebeuren. En dat maakt het werk leuker. Je bent niet alleen met stenen aan het stapelen, maar met iets groters bezig.”
Een helder doel: CO2-neutraal in 2030
De ambitie van Vink Bouw is ambitieus én concreet: in 2030 willen we CO2-neutraal bouwen. Geen vage belofte, maar een duidelijk pad. “We kijken waar de grootste uitstoot zit, vaak in het casco, en zetten daar zwaar op in,” legt Bernlef uit. “Met CLT en HSB kunnen we tot 85% reduceren. De rest compenseren we met biobased materialen, slimme installaties en een circulaire werkwijze.”
Hij benadrukt dat het niet alleen een kwestie is van techniek, maar van mentaliteit. “Duurzaamheid moet vanzelfsprekend zijn. Niet omdat het móet, maar omdat je dat wíl. En als je dat als bedrijf uitstraalt, trek je automatisch de juiste mensen en partners aan.”
Bouwen aan betekenisvolle verandering
Wat duurzaamheid bij Vink Bouw echt bijzonder maakt, is dat het niet alleen gaat om cijfers en scores, maar om overtuiging. Om doen wat goed is, zelfs als het moeilijker of duurder is. Lisa vat het mooi samen: “Duurzaamheid is geen afdeling. Het is een houding. Een keuze die je elke dag opnieuw maakt. En die keuze wordt makkelijker als je hem samen maakt.”
Of zoals Evert-Jan het zegt: “Aan het eind van de dag wil je trots zijn op wat je hebt neergezet. En als je weet dat het huis dat je hebt gebouwd goed is voor de bewoners, de planeet én de toekomst.” Dat is pas écht vakwerk.


